Na drie termijnen en meer dan 10 uur praten (inclusief pauzes) in de Tweede Kamer was het in de nacht van dinsdag op woensdag duidelijk: minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken – PvdA) had het debat over de afluisterpraktijken overleefd.

Maar een motie van wantrouwen kreeg steun van de meeste partijen, behalve van de regeringspartijen VVD en PvdA en ook van ChristenUnie en SGP.

“Het vertrouwen is geschaad”, zei D66-leider Alexander Pechtold, die de motie indiende. Het feit dat de minister besloot de Kamer bewust niet te informeren hoewel hij wist dat ze foute informatie had gekregen, woog zwaar voor hem.

Plasterk gaat zijn “uiterste best doen om het vertrouwen te herwinnen” van de partijen die de motie van wantrouwen tegen hem steunden.

Uitvoerige excuses

Plasterk maakte uitvoerig zijn excuses voor zijn speculaties over het aftappen van telefoongegevens. Hij speculeerde vorig jaar oktober en november in de media en in de Kamer dat de Amerikanen in ons land 1,8 miljoen data over telefoongesprekken hadden verzameld. Eind november bleek echter dat de Nederlandse dienst NSO het had gedaan.

"Ik heb een verklaring gepresenteerd, terwijl ik niet zeker wist of die correct was. Dat was beslist zeer onverstandig van mij. Ik had dat niet moeten doen. Een niet vaststaande verklaring opperen, was een verkeerde keuze. Ik had me moeten beperken tot wat ik met zekerheid kon zeggen. Ik bied daarvoor mijn excuus aan'', aldus de minister.

Hoewel collega Jeanine Hennis (Defensie) hem adviseerde zo min mogelijk over de kwestie in de openbaarheid te treden, besloot hij zelf "om toch nadrukkelijk een tegengeluid te laten horen''. Hij wilde met zijn optreden de AIVD beschermen "tegen het beuken'', maar ook de bevolking geruststellen dat de Nederlandse diensten hen niet massaal afluisterde.

De excuses werden gewaardeerd door de oppositie. "Ruiterlijk'' oordeelde Gerard Schouw van D66, terwijl Roelof Bisschop van de SGP liet weten er "blij'' mee te zijn.

Kamer niet informeren 'reinste kolder'

Gedurende het debat werd ook helder dat de oppositie iets anders dwars zat. Namelijk het feit dat Plasterk en Hennis de Kamer niet op de hoogte hadden gebracht dat ze verkeerd was geïnformeerd.

Toen beide bewindslieden op 22 november hoorden dat de Nederlandse diensten de metadata hadden verzameld, wilden ze niet breken met de regel dat niets aan de Kamer gemeld kan worden over de werkwijze van de diensten.

Volgens Plasterk stond het hem zelfs niet vrij om de Kamer vertrouwelijk te informeren, omdat het initiatief daarvoor bij de 'commissie-stiekem' ligt. Daarin worden de fractievoorzitters in vertrouwen geïnformeerd over geheime zaken.

Dat argument viel slecht bij de oppositie. "Je reinste kolder'', meende Ronald van Raak van de SP. Hij was niet de enige. Ook ChristenUnie en SGP lieten merken hier niet blij mee te zijn. "Bijzonder onbevredigend'', aldus SGP'er Bisschop. Beide ministers bleven de keuze verdedigen.

Uiteindelijk zegde Plasterk wel toe dat de Kamer altijd een rectificatie zal ontvangen als een minister verkeerde informatie heeft gegeven. Dat trok SGP en ChristenUnie over de streep.

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl